Een maand na mijn ‘Pelgrimage in A Day’ in Varik, neem ik de tijd te beschrijven hoe het voor me was en wat het me heeft gebracht. Allereerst had ik er goed aan gedaan de tocht voor te bereiden, met name door te schrijven. Dat hielp me om een vraag helder te krijgen waarmee ik op pad wilde gaan. Ook hielp het me om in een soort meditatieve staat-van-zijn te komen. De start was meteen al vanuit de modus AANDACHT, gezeten op het bankje op de dijk. Het materiaal dat Frans-Willem had samengesteld en toegestuurd ademde ook AANDACHT uit en inspireerde me.
Tijdens het lopen bleef ik meestal in die aandachtmodus en dat ging gemakkelijker dan ik dacht, al liep ik samen met een ander mens en al waren we regelmatig in gesprek. We wisten en voelden dat we allebei onze eigen tocht zouden lopen, op verschillende manieren en dat is ons ook gelukt.
De tocht bood een prachtkans om vele uren buiten te zijn en te lopen, te kijken en te ervaren. Door af en toe de stilte toe te laten, viel er een bepaalde druk weg, namelijk de neiging om uit te wisselen, zoals we zo vaak gewend zijn te doen in ons leven (hoe fijn dat op zich ook kan zijn). Ik zag tijdens de stilte meer van de natuur, dan wanneer we in gesprek waren. En, wat ook waardevol was, ik stond dan meer in contact met mezelf en kon echt gewaar-zijn. Gedachten raakten op de achtergrond, het ervaren en voelen werd sterker.
Door te lopen kwam ik dus niet alleen letterlijk maar ook figuurlijk in beweging. Het pad dat ik liep symboliseerde af en toe mijn levenspad. Het ging omhoog en weer omlaag, ik moest over wortels heenstappen en over andere barrières, zoals hekken. En doordat de route heel gevarieerd was en de omgeving veranderde, merkte ik op, dat daardoor ook mijn kijk op mijn leven meebewoog, meeveranderde. Het volgen van de rivier vond ik het meest weldadig, het meegaan met de stroom.
De vraag waarmee ik liep had me al maanden beziggehouden, hoewel ik die ook vaak toegedekt had gehouden. Ik kon tijdens het lopen duidelijk voelen: ‘dit ga ik nu aan, dit heb ik te doen’. Het was fijn om af en toe langzamer te lopen en ook stil te staan. Ik maakte regelmatig foto’s en daarmee nam ik mooie en dierbare ‘fragmenten van Waallandschap’ mee. Wat was het landschap onbeschrijfelijk mooi. Af en toe namen we tijd om te zitten. Vooral de pauzes op één van de mooie strandjes aan de rivier deden me goed. Dat waren de momenten waarop ik graag wilde schrijven. Zinnen kwamen als vanzelf uit mijn pen.
Het ‘samen-op-pad-zijn’ was fijn en bemoedigend voor ons beiden en we hadden af en toe mooie gesprekjes. Wel probeerden we steeds aanwezig te blijven in het nu en dat lukte goed. We gingen ook de confrontatie aan met de elementen, we konden ook niet anders. Het weer was nogal onstuimig en de wind was fors. Dat gaf een bijzonder tintje aan het geheel. Met name de lucht veranderde ieder uur totaal. Tijdens lunchtijd begon het te stortregenen, maar op dat moment kwamen we net langs het Veerhuis en konden we, voordat we aan deel 2 begonnen, ‘schuilen in de herberg’, wat een gevoel van geborgenheid gaf.
Het lopen ging niet alleen maar vanzelf. We moesten af en toe van de route afwijken, omdat er delen onder water stonden. Dit vroeg een soort overgave. We zijn ook even een beetje ‘verdwaald’. En twee keer op onze buik onder prikkeldraad doorgeschoven. Fijn dat we een regenpak aan hadden, niets kon ons deren. Ik was af en toe in een diepere bewustzijnslaag en kon helderder reflecteren op mijn vraag, waarmee ik die dag echt verder ben gekomen. Ik voelde me af en toe gedragen door een krachtenveld, het lukte me dan om in het nu te zijn, de vraag herhalend en alles te voelen dat verbonden is met mijn vraag. Ik heb geprobeerd ‘stukken oude pijn’ los te laten door stenen in de rivier te gooien en op die manier achter me te laten wat me niet meer dient.
‘Het einde van de wereld’ leek op een gegeven moment echter ver en ik had een tijdelijke kleine inzinking, waar ik ruimte voor kon vragen. Even was er een soort moedeloosheid, ook rond mijn vraagstuk. Door het toe te laten, kon ik me daarna weer herpakken, zonder er over te praten. Het proces was vooral een innerlijk pad. De zon brak door, we konden verse bramen eten die in overvloed aanwezig waren en naderden ineens veel sneller dan ik dacht het einde van de landtong, waar we ‘lelijke’ stenen weg wierpen en ook ‘mooie’ stenen opstapelden en uitkeken over de oneindigheid van het water.
Toen we eerder die middag langs de oude toren van Varik liepen, hing daar een spandoek met de tekst ‘IK BEN OPEN’ (de toren was die middag te bezichtigen en te beklimmen, wat we ook deden). De tekst bleef bij me hangen. Wat ik ‘aan het einde van de wereld’ voornamelijk voelde was, dat ík ervoor kon kiezen mijn vraagstuk een kans te geven door mijn hart open te stellen. Dat was en is nog altijd de essentie voor mij. Toen we begonnen aan de terugtocht naar de herberg, kwam er stukje bij beetje meer ontspanning over me. Ik voelde naast fysieke vermoeidheid ook mijn kracht. Ik realiseerde me dat het betekenis had, als ik aan zou gaan wat ik moeilijk vind.
Sinds ik weer thuis ben, heb ik regelmatig teruggedacht aan de pilgrilmage-ervaring en heb ik eerste stappen gezet vanuit mijn beslissing. En als ik me zorgen maak over de haalbaarheid en de afloop, probeer ik mezelf er aan te herinneren dat ik keer op keer mijn hart kan openstellen. Het is alleen maar duidelijker geworden dat ik het een verrijking vind de pelgrimage te hebben meegemaakt, van A tot Z. Het was een belevenis met een gouden randje voor mij en ik zal de ervaring met me meedragen.
Met dank aan Frans-Willem en het Veerhuis en met dank aan Moeder Aarde, die mij keer op keer veel te bieden heeft, zoals rust en ook troost en inzicht.
Hieronder tot slot een gedicht dat ik al kende maar dat bij de pelgrimage bij me bovenkwam en dat wonderwel aansluit:
Erich Fried – Wat het is
Het is onzin
zegt het verstand
Het is wat het is
zegt de liefde
Het is ongeluk
zegt de berekening
Het is alleen maar verdriet
zegt de angst
Het is uitzichtloos
zegt het inzicht
Het is wat het is
zegt de liefde
Het is belachelijk
zegt de trots
Het is lichtzinnigheid
zegt de voorzichtigheid
Het is onmogelijk
zegt de ervaring
Het is wat het is
zegt de liefde
Auteur: Erich Fried (1921-1988)
Arna Loonstra – September 2021